zaterdag 13 april 2024

Je hoort hem wel, maar je ziet hem niet !

 

Er komt een vogeltje voor in Nederland, wat je heel goed hoort, maar nauwelijks te zien krijgt, laat staan dat je hem op de foto krijgt.

Het is een vogel die iets groter is dan een Winterkoning, roodbruin van kleur, met een vuilwitte onderkant.
Hij heeft een verborgen levenswijze, altijd in de buurt van water, in de dichte begroeiing van de oeverzone, het zijn echte kruip en sluip vogeltjes .
Je kunt hem herkennen aan een kortdurende harde zang, bijna explosief .
Gelukkig komt de bewuste vogel met de naam Cetti’s Zanger (Cettia cetti), als broedvogel steeds meer voor in Nederland, dat was een aantal jaren geleden namelijk niet het geval.

Gehoord had ik Cetti’s Zangers al vaak genoeg, en ook had ik ze al een paar maal redelijk kunnen zien, maar een foto maken, dat is toch wel even een andere verhaal .

Vandaag heb ik na lang wachten op 1 plek, eindelijk een Cetti’s Zanger (Cettia cetti) op de foto kunnen zetten.

Net als altijd liet ook deze Cetti’s Zanger zich prima horen, soms kwam het geluid dichtbij vanuit de rietkraag naast mij, maar toch kon ik hem maar niet ontdekken. Maar na een uurtje wachten zag ik een Cetti’s Zanger onder in de rietkraag bewegen . Even later vloog hij laag over het pad naar het riet aan de andere kant van het pad, maar daar kon ik hem niet meer terugvinden. Maar opeens klonk vanuit de rietkraag naast mij weer de explosieve zang, en weer vloog de Cetti’s Zanger naar de overkant van het pad . Nu kon ik hem wel even volgen in de onderste laag van het riet.

Ik kon wel een paar foto’s maken van een door het riet kruipende vogel , maar nu had ik de pech , dat een toevallig passerende wandelaar mij het zicht ontnam.
Weer was ik de Cetti’s Zanger kwijt, en omdat ik langzamerhand stalbenen had gekregen van het lange staan, besloot ik het voor gezien te houden. Na een klein stukje te hebben gelopen , hoor ik opeens een Blauwborst (Luscinia svecica) zingen.

Ik zag gelijktijdig de Blauwborst ook zitten op een paal, en gelukkig zag hij mij niet .

Onverstoorbaar ging de Blauwborst door met zijn zang, wat dat betreft kon mijn dag al niet meer stuk. Gelukkig had ik door het bewegen ook weer wat gevoel terug in mijn benen gekregen, en daarom besloot ik toch maar weer terug te gaan, en nog een poging bij de Cetti’s Zanger te wagen.

Op het moment dat ik bijna aankwam op de bewuste plek, komt er opeens vanuit een struik, een roodbruine vogel, van tak op tak omhoog geklommen.
Het was de Cetti’s Zanger en hij liet zich eindelijk eens prachtig bekijken, en ik kreeg zelfs de kans om een paar foto’s en een filmpje te maken, en op het eind van het filmpje is ook nog even de zang te horen.

Bijna had ik de moed opgegeven, maar achteraf ben ik blij dat ik toch heb doorgezet.

Cetti's Zanger - Cettia cetti ♂️

Cetti's Zanger - Cettia cetti ♂️

 
Blauwborst – Luscinia svecica ♂️

 



dinsdag 26 maart 2024

Een prachtige doortrekker !

In het Binnenveld bij Wageningen werd afgelopen zondag, aan het eind van de middag melding gemaakt van een overvliegende Steppekievit (Vanellus gregarius) .
Gisteren druppelden in de loop van de middag steeds meer meldingen binnen van de Steppekievit, en ook nog eens met foto. Anders dan zijn neefje de ‘gewone’ Kievit, is de Steppekievit in Nederland een zeldzame dwaalgast, of doortrekker, dus ik dacht eerlijk gezegd die is zo weer vertrokken, die ga ik never en nooit niet zien.

We hadden voor vandaag sowieso het plan gevat om de auto te pakken, en richting Park Lingezegen in de buurt van Arnhem te gaan, in de hoop Baardmannetjes, en Blauwborsten te zien. Alles verliep niet helemaal volgens plan, want tot mijn grote verbazing werd de Steppekievit vanmorgen wederom gemeld.

Dan toch maar via een omweg richting Lingezegen, want naast de Steppekievit werd in het Binnenveld ook melding gemaakt van een Poelruiter (Tringa stagnatilis), die ik al wel 1 x eerder had gezien in de buurt van Deventer. Gisteren werd er ook nog melding gemaakt van een Steppekiekendief (Circus macrourus), maar die leek vanmorgen verdwenen.

En zo gingen we op goed geluk richting het Binnenveld bij Wageningen. Bij aankomst had manlief nog volop ruimte om de auto te parkeren op de kleine parkeerplaats. Manlief bleef achter in de auto, en ik liep richting een handjevol mannen die door hun telescoop aan het turen waren.

Toen ik redelijk in de buurt van de mannen kwam, riep 1 van hen mij toe, dat de Poelruiter mijn kant op kwam vliegen. En tot mijn grote verbazing stond ik ineens dichtbij een Poelruiter die totaal geen oog voor mij had, maar na zijn landing in de plas water, gelijk begon te zoeken naar iets eetbaars.

Ik kon van dichtbij foto’s maken van de Poelruiter, en een filmpje, dus wat dat betreft kon mijn dag al niet meer stuk. De bewuste man die mij attent maakte op de Poelruiter, maakte ook nog snel een aantal foto’s, en toen liepen we gezamenlijk terug naar het groepje wat iets verderop stond. De voor mij onbekende man, ging weer met zijn telescoop op zoek naar de Steppekievit, want die was al even niet meer in beeld geweest . Er waren volop Kieviten aanwezig in het gebied, en heel even werd er een Bokje (Lymnocryptes minimus) door iemand gezien, maar helaas niet meer terug gevonden.

Opeens had de onbekende man naast mij de Steppekievit in beeld, en mocht ik bij hem door de telescoop kijken. Toen ik ongeveer de plek wist, had ik de Steppekievit al snel in beeld met mijn camera . Wat een een geluk, ik kon het bijna niet geloven . De Steppekievit zat wel een eind van ons af , maar toch …….wat een prachtige vogel , en helemaal toen de zon ook nog eens even begon te schijnen.

Maar na een poosje getuurd te hebben, en nadat ik de onbekende man had bedankt, toen pas had ik in de gaten hoe koud het was, op die toch wel open en winderige vlakte. Op het moment dat ik besloot om terug naar manlief in de auto te gaan, viel het mij op hoe druk het inmiddels was geworden.

Wat een morgen, nooit verwacht dat ik ooit een Steppekievit zou zien, en ook nog eens een prachtige Poelruiter van heel dichtbij. Koud maar voldaan, gingen we richting Park Lingezegen.

In het westelijk gedeelte van Park Lingezegen was het gelukkig wat minder koud, ook al stond er wel behoorlijk wat wind. Dat maakte dat de Baardmannetjes zich wel lieten horen, maar nauwelijks omhoog kwamen in het riet, om over de Cetti’s Zanger (Cettia cetti) maar te zwijgen, die hoorde en zag ik maar heel kort. Een Blauwborst (Luscinia svecica) liet zich gelukkig wel goed bekijken en horen, net als de Tjiftjaf (Phylloscopus collybita).

Wat een dag, de lente lijkt eindelijk begonnen !

Steppekievit – Vanellus gregarius

Poelruiter – Tringa stagnatilis

Blauwborst – Luscinia svecica

 



 

zondag 10 maart 2024

Horen is scoren.

Eind februari werd er op waarneming.nl melding gemaakt van een Zwartkoprietzanger (Acrocephalus melanopogon) , in de buurt van de Blauwe Kamer bij Wageningen/Rhenen.

Als het klopt, en de vogel wordt goed bevonden door de CDNA (Commissie Dwaalgasten Nederlandse Avifauna) dan zou dit de 3e voor Nederland zijn. Normaal gesproken bevinden Zwartkoprietzangers zich het gehele jaar door in Zuid-Europa in de buurt van Middellandse Zee.

De dagen na de vondst van de Zwartkoprietzanger was het behoorlijk druk op de Grebbedijk in Rhenen. Op 4 maart op een mooie zonnige middag gingen wij er ook heen . Manlief bleef in de auto zitten, en ik liep naar de plek toe . Gelukkig was het op dat moment nog niet zo druk, maar dat veranderde snel . De Zwartkoprietzanger heb ik toen uitstekend gehoord, maar never en nooit niet gezien.

De afgelopen week zijn we nog een keer geweest, toen de zang gehoord van de Zwartkoprietzanger, en de bewegingen onder in het riet gezien van de vogel, maar daar bleef het bij . Het was toen behoorlijk koud daar op die dijk, en er stond behoorlijk wat koude wind.  Maar hoe dan ook het was wel de moeite waard, ik heb een mooie Zeearend, en een Havik zien overvliegen, en volop Cetti’s Zangers horen zingen.

Voor mijzelf had ik het besluit genomen om er niet meer naar toe te gaan, maar het bleef kriebelen. Vandaag besloot ik toch te gaan voor een herkansing, een zichtwaarneming, en misschien wel een foto.

Aangekomen op de dijk was het nog vrij rustig, en eerlijk gezegd heb ik mij geen moment verveeld. In de verte kwamen groepen Kraanvogels over, en ook de Havik kwam liet zich weer zien. Ik zag Staartmeesjes, en een IJsvogel, en op verschillende plekken hoorde ik de Cetti’s Zangers weer zingen. Een eind verderop liet een Groene specht zich ook een paar maal horen.

Geleidelijk aan werd het wel wat drukker op de dijk, ook wel fijn, want nu konden meerdere ogen naar beneden in het riet turen, en meer kans op een zichtwaarneming.

En eindelijk na een tijd wachten kwam vandaag mijn wens uit, en de wens van velen met mij.  Op een gegeven moment liet de Zwartkoprietzanger zich op momenten weer kort horen, en opeens kwam hij heel even een klein stukje omhoog vanuit het riet. Ik heb hem (al was het kort) goed kunnen zien, maar een foto is helaas niet gelukt, want een arm van iemand anders ontnam mij op dat moment het beeld . Het is helaas niet anders geen foto, en niet op bewegend beeld, maar ik heb hem wel gezien .

NB 14 maart is de Zwartkoprietzanger voor het laatst gezien en op 15 maart voor het laatst gehoord. Helaas geen herkansing meer, moeten we toch een keer naar Griekenland, grapte ik tegen manlief.

Horen is scoren ! Zwartkoprietzanger – Acrocephalus melanopogon Rhenen – Hoornwerk aan de Grebbe Grebbedijk (Utr.)

Zeearend – Haliaeetus albicilla

Kraanvogel – Grus grus

Havik – Accipiter gentilis

 


 

donderdag 29 februari 2024

De uil zat in de………

Een Oehoe, de grootste uilensoort in Nederland bevind zich al een tijdje in de buurt van Zwolle. Maar tot aan vandaag liet ik dat mooi aan mij voorbij gaan . Te veel mensen daar, te druk wat mij betreft.
Maar vandaag toch maar de stoute schoenen aangetrokken, voorzien van een paraplu, en regenjas ging het met de auto richting Zwolle.

Het weer was er niet naar voor mooie plaatjes, het was bewolkt en regenachtig, dus ik gokte erop dat er niet veel mensen daar aanwezig zouden zijn.

Er stonden een aantal Mammoetbomen (Sequoiadendron giganteum) bij elkaar midden in het park/bos, wat een geweldige bomen zijn dat toch, van wel 37 meter hoog, en een omtrek van ruim 5 meter . Ik had nog nooit op 1 plaats er zoveel bij elkaar gezien.

Gelukkig zat de Oehoe daar niet in .

Naar even gezocht te hebben vond ik de Oehoe wel, of beter gezegd er stonden een paar mensen in de buurt van een hoge boom naar boven te kijken. Heel hoog in die boom (gelukkig geen Mammoetboom) wat verscholen achter takken ontdekte ik de Oehoe ook .

Het was gelukkig op dat moment droog, maar de Oehoe vond het nodig om de tijd zo veel mogelijk slapend door te brengen. Zo nu en dan ging er 1 oog open, maar dat was het dan ook .

In de buurt van de boom was wel van alles te zien en te horen, vooral Staartmeesjes lieten zich regelmatig even horen. Een klein formaat Bruine kikker begaf zich op de stam van een boom, omringd door heel veel Wilde narcissen, en Bosanemonen.

Het begon na een tijdje weer zachtjes te regenen, en daardoor leek er in de boom wat leven in de brouwerij te komen, want de Oehoe begon het verenpak uit te schudden en te poetsen .

Een onvoorzichtige Eekhoorn die in de buurt van de de Oehoe kwam, trok even zijn/ haar aandacht, maar die had geluk dat de Oehoe op dat moment het te druk had met zijn verenpak in orde te brengen.

Daarna was het weer rust in de boom , en ik besloot (inmiddels had ik het behoorlijk koud gekregen) weer richting de parkeerplaats te gaan. Zo werd een regenachtige dag toch nog een onvergetelijke dag .

Oehoe – Bubo bubo

Bosanemoon – Anemone nemorosa

Bruine Kikker – Rana temporaria

Mammoetboom – Sequoiadendron giganteum

Mammoetboom – Sequoiadendron giganteum


Staartmees – Aegithalos caudatus

Wilde narcis – Narcissus pseudonarcissus

 


 

zaterdag 24 februari 2024

Kersten’s Molentje

Vanmorgen  ging het richting het bos in Eerbeek. We wilden langs De Gravinnebeek wandelen met als doel Kersten’s Molentje. Manlief was dat al tijden van plan, maar het kwam er maar steeds niet van . Of zijn gezondheid stond in de weg, of het weer liet het weer eens afweten.

De Gravinnebeek zoals de beek in het bos officieel heet, heeft een watervalletje waar vroeger een (papier)molen moet hebben gestaan, in Eerbeek en omgeving bekend als het Kersten’s Molentje (Kersten was de laatste molenaar).

In de laatste 7 jaar is er hard gewerkt aan het opknappen van de beek en de waterval, ook is er een nieuwe brug geplaatst, met als doel de zaak weer aan het stromen te krijgen. Inmiddels zijn die werkzaamheden al weer een tijdje achter de rug, en volgens de verhalen stroomt de beek als nooit tevoren, mede ook dankzij de vele regen die er de laatste maanden gevallen is .  Eerlijk gezegd had ik de beek nog nooit zien stromen, zolang ik het mij kan herinneren . Zelfs manlief kon het zich niet herinneren dat het water over het watervalletje stroomde, als oud Eerbekenaar.

Bij het bos aangekomen ontdekte ik een grote groep Kepen een vogel die je meestal in Nederland alleen in de winter ziet.
In de winter verblijven grote aantallen Scandinavische Kepen in Nederland, meestal trekken ze gezamenlijk op met Vinken .

Maar in deze groep bevonden zich maar enkele Vinken, tussen wel 60 Kepen . Ze hadden geen oog voor ons, want ze waren alleen maar druk bezig met afgevallen beukennootjes aan het eten. Dat was iig een leuk begin van de dag.

Toen we richting het watervalletje liepen was het wel uitkijken geblazen, want door de modder glibberden we alle kanten op. Maar dat glibbertochtje mocht de pret niet drukken . Eindelijk hebben ook wij het water over het watervalletje bij Kersten’s Molentje zien stromen.

Keep – Fringilla montifringilla

Kersten Molentje Eerbeek

Manlief bij Kersten Molentje

 

 


 


 

vrijdag 23 februari 2024

Op de eerste rang !

Wel raar , we hebben toch een beetje vleugeltjes gekregen na het gesprek met de oncoloog gisteren, we kunnen hoe dan ook weer even verder.

Heb je zin om een ritje te maken , was mijn vraag aan manlief, oh jawel hoor was zijn antwoord, wil je soms richting de Oehoe in Zwolle.

Maar nee, de Oehoe van Zwolle had ik niet in mijn hoofd zitten. De Oehoe was op 21 februari daar voor het eerst gezien, en gisteren waren er al veel mensen daar gaan kijken. Ik had echt geen zin om met heel veel fotografen daar rond te lopen , eerlijk gezegd had ik de puf er ook niet voor, bovendien kon ik mij niet voorstellen dat de Oehoe daar na een dag nog steeds zou zitten.

Nee niet naar de Oehoe, ik had in mijn kop zitten om een ritje Dalfsen te maken, daar bevond zich al een aantal weken een Hop.

De Hop (Upupa epops) is een prachtige vogel met roodbruin verenkleed, en een lange dunne snavel. De vleugels en de staart zijn zwart en wit getekend , maar het meest opvallende is de bruinrode kuif die aan het uiteinde ook wit met zwart is, en die de vogel kan worden opzetten  De Hop is een insecteneter die vooral rupsen en de larven van kevers en langpootmuggen eet. Vroeger kwam de Hop gewoon voor in Nederland, maar tegenwoordig zie je ze in Nederland alleen nog maar als zeldzame doortrekker (het gerucht gaat dat er vorige jaar wel een broedgeval was in Nederland).

Zo gezegd zo gedaan, snel een paar krentenbollen en wat te drinken voor onderweg bijeen gegraaid , en weg waren we .

Een stukje snelweg, en verder lekker binnendoor, genietend van het landschap . Aangekomen op de plaats, stonden er tot onze grote verbazing toch al een een handje vol fotografen, ondanks dat er nog geen melding was geweest op Waarneming.nl. Het was er tamelijk onrustig omdat er langs de weg graaf en snoeiwerkzaamheden bezig waren . Vanuit de auto, voorzien van een broodje hadden we goed zicht op de omgeving . Naast ons was een groepje Putters aan het badderen in een plas water, en een Roodborstje bevond zich wat verderop. Geen idee of het handje vol fotografen (iets verderop van ons) de Hop al in beeld hadden gehad, maar 1 voor 1 vertrokken ze op een gegeven moment , en zo kon het gebeuren dat we daar na verloop van tijd alleen stonden.

Opeens zag ik een vogel vanuit een fruitboom naast een woning naar beneden vliegen. Manlief besloot de auto te keren, en heel voorzichtig in zijn achteruit parkeerde hij onze auto voor een hek . Hierdoor had ik vanuit de auto redelijk vrij uitzicht op een soort van kleine boomgaard . Om het hoekje van een haag, zag ik wat bewegen, en ja hoor, even later bevond de Hop zich bijna voor mijn neus .

En zo zaten manlief en ik ruim een half uur lang op de eerste rang te genieten van de Hop, die onverstoorbaar heel veel larven naar binnen werkte . Het verenkleed van de Hop zag er wat gehavend uit, niet echt moeders mooiste, bovendien begon het ook nog eens heel zacht te regenen, en behoorlijk te waaien, en dat maakte dat het verenkleed er nog minder uit begon te zien. Maar dat maakte voor ons niet uit, het was voor ons genieten, en helemaal toen de graafwerkzaamheden ivm een pauze ook stil werden gelegd.

Na verloop van tijd kwam nog een man voorbij in een auto, die vroeg of we de Hop zagen, en die even zijn auto uitkwam, en snel een foto maakte, en weer wegreed, en daarna 2 mannen, die net als ons wel genoten van de Hop die zich zo prachtig dichtbij ons bevond .

Nog een tijdje zijn we daar gebleven , en daarna zijn we op ons gemak weer richting huis gegaan . Al met al een heerlijk dag .

 

Hop – Upupa epops

Hop – Upupa epops

Hop – Upupa epops

Hop – Upupa epops

 


 

donderdag 22 februari 2024

Een mooie Lente gewenst !

Vandaag ging het weer richting het Gelre ziekenhuis in Apeldoorn . We waren de eerste vandaag op het spreekuur van de oncoloog.

Toch een beetje met knikkende knieën, zaten we tegenover hem , maar gelukkig viel het mee , het belangrijkste de PSA is nog steeds onmeetbaar laag.

Het HB gehalte is door de ijzerinfusen van de afgelopen weken wel gestegen, maar nog steeds niet op peil, de oncoloog had er meer van gehoopt. Gelukkig is er niets met de darmen aan de hand , waar we bang voor waren . Bijna zeker zijn de bijwerkingen van de behandeling van de prostaatkanker de oorzaak van het lage HB gehalte. De oncoloog verwacht dan ook dat het HB in de toekomst misschien nog iets hoger, maar niet meer op peil komt . Manlief krijgt nu iig vit B12 en ijzertabletten bij de bestaande medicatie.

Als boodschap kreeg hij van de oncoloog nog mee, dat hij vooral aan de bel moest trekken, als de slapte in de benen en de duizelingen weer toe zouden nemen, ivm met vallen . Bij vertrek wenste de oncoloog ons nog een mooie lente toe .

Hoe dan ook, als het goed is even geen ziekenhuis de komende 3 maanden, laat die lente maar komen.

Wachtruimte Oncoloog Gelre ziekenhuis