donderdag 28 maart 2013

Online

Zo we zijn weer online, maar ik moet weer helemaal opnieuw opbouwen, en achteraf was het niet eens een fout van mij.

zondag 24 maart 2013

Crashen

Ik heb het weer mooi voor elkaar, iets fout gedaan en daardoor Klinkertjes.nu naar de gallemiezen geholpen 

De Oehoe in de Steengroeve in Winterswijk

Gisteren een rondje achterhoek gedaan, samen met Geert en Ulli de hond. We hadden weer eens een zeer bewogen week achter de rug, dus besloten we, om richting Winterswijk te gaan, en de boel de boel te laten. Winterswijk, de plaats waar mijn vader geboren en getogen is , en waar ik alleen maar goede herinneringen aan heb. De wandelingen door die prachtige natuur daar, samen met mijn vader, ooms en broers, zal ik niet snel vergeten. Mijn vader kwam van een boerderij. De boerderij stond en staat nog steeds aan de Beusinkweg in Winterswijk.
Ravenhuismolen 

Ravenhuismolen dat was de naam van de boerderij, en het werd al die jaren door de familie gepacht van de buren aan de andere kant van de Beek. De moeder van mijn vader, mijn Opoe, woonde daar met het gezin van een oudere broer van mijn vader, en mijn vaders jongste broer, die tot aan zijn overlijden vrijgezel is gebleven. Als kind kwamen wij er een paar maal per jaar en 1 keer mocht ik er zelfs met mijn zusje logeren. Hoe dan ook, Winterswijk was altijd weer een hele belevenis. Het begon al met reis er naar toe, met de boemeltrein van Doetinchem naar Winterswijk. Bij aankomst in Winterswijk werden we vaak opgewacht door 1 van mijn ooms . Mijn moeder ging dan met de jongste kinderen in een taxi naar de boerderij, en ik, als oudste,(later ook met 1 van mijn broers ) liep meestal samen met mijn oom en mijn vader naar de Beusinkweg. Prachtig vond ik dat. Mijn vader, genoot hiervan ook altijd met volle teugen. Er was onderweg altijd genoeg te vertellen over en weer. De boerderij met al die dieren was voor mij het mooiste dat er was, en ik vergat dan ook altijd, tot grote ergernis van mijn moeder, dat ik mijn “zondagse” kleren aan had. Gelukkig bedacht mijn tante daar altijd een oplossing voor, en kreeg ik oude kleding van mijn nichtje aan, en zo kon ik tenminste, zonder dat het wat uitmaakte dat ik smerig werd, de stallen in. Bij mijn oom en tante liepen er nog varkens buiten in de modder te wroeten, en er werd met de hand gemolken . Mijn oom had ook geen tractor, alles werkte daar nog op 1 PK met de naam Corrie Corrie was voor mij het liefste paard wat er was, maar mijn oom (de jongste) die de vriendelijkheid zelf was, maakte mij elke keer weer duidelijk dat ik op afstand moest blijven. Ik mocht Corry pas aaien als ze op stal stond, en ik veilig achter een schot stond. Tijdens zo’n bezoek werd er ‘s middags ook vaak gewandeld. En zo gebeurde het dat we op een goed moment tijdens zo’n wandeling bij de Steengroeve kwamen. Een ontzettend lelijke maar ook wel fascinerende plek vond ik dat toen. In mijn herinnering stond er alleen maar prikdraad omheen , en ik kreeg van mijn oom de opmerking dat ik moest oppassen omdat het gevaarlijk was. Veder weet ik er niet zoveel meer van. Gisteren kwamen Geert en ik, net als andere keren dat we richting Winterswijk gingen, weer uit bij de Steengroeve, en natuurlijk in de hoop dat we de Oehoe zouden zien.
Winterswijk – Steengroeve

En weer konden we haar niet ontdekken. Maar voor ons maakt dat nooit zoveel uit , want in tegenstelling tot vroeger is het nu een mooi gebied. Naast ons kwam echter een man staan, en die richtte zijn verrekijker heel specifiek op een bepaalde plek. “Ziet u de Oehoe zitten”; vroeg ik aan de man. Zijn antwoord was bevestigend en hij wees mij de plek aan. Maar hoe ik ook met de verrekijker keek, ik zag het maar niet, totdat ik ineens met het blote oog een bruine plek in de wand iets zag bewegen. Ook Geert had moeite op onze aanwijzingen de vogel in de wand te ontdekken, maar uiteindelijk konden wij allebei life de Oehoe met de mooie latijnse naam Bubo bubo bewonderen. Bij de Oehoe kon ieder moment een ei uitkomen, maar op dat moment werd er nog volop genoten van het voorjaarszonnetje. 
Oehoe – Bubo bubo

Zo raar dat we steeds over de plek heen hebben gekeken, nu dan toch eindelijk live de Oehoe gezien. Wat een prachtige vogel, zo in haar biotoop. Gelukkig is er nu een stenen kijkwand , en is er door staatsbosbeheer een aarden wal opgeworpen. Nu heeft het Uilenpaar weinig last van al die kijkers, als tenminste iedereen maar netjes op de toegestane plekken blijft. De Oehoe is via de camera natuurlijk ook heel goed te volgen op de website Beleef de Lente Blij dat we eindelijk de Oehoe hadden gezien, maar aan de andere kant ook wel weer jammer, dat het spannende van het zelf ontdekken er af is. Na ons bezoek gisteren is het eerste uilskuiken uit het ei gekropen. Vandaag was bij Beleef de Lente heel goed te zien dat de Oehoe de lege eischaal opat Ongelooflijk dat zo iets lelijks, in mijn beleving, als die steengroeve, zich ontwikkeld heeft tot een prachtig kwetsbaar stukje natuur, en die de laatste jaren nu ook door een zeldzame verschijning als de Oehoe uitgekozen is om jongen groot te brengen. Mijn vader moest eens weten. De laatste uil die hij had gezien was een gemummificeerde Ransuil, die we samen vonden in de schuur van de buren van de familie in Winterswijk. Voor mij was het mijn allereerste uil, en tot mijn verdriet toen, ook nog dood. Gelukkig was die dode uil voor mij niet mijn laatste uil.

vrijdag 15 maart 2013

Hij is er weer

Hij is er weer de Ooievaar aan de Boerenstraat/Kanaal (Eerbeek)wachtend op het nest tot hopelijk het vrouwtje komt . 

maandag 11 maart 2013

KEEP on smiling

Het was allemaal niet zo prettig voor onze hond, deze dagelijkse ochtend wandeling. Op het moment dat we nog op zachte ondergrond liepen was er nog niet zoveel aan de hand, maar toen we op het voet/fietspad met klinkers gingen lopen, werd het voor Ulli een pijnlijke aangelegenheid. Het laagje sneeuw wat er nog lag, in de voegen tussen de klinkers, was bevroren, en het leek of er honderden kleine pijltjes omhoog staken. Om de haverklap stond Ulli weer met een poot omhoog, zodat ik de zooltjes weer kon ontdoen van die sneeuw. Op een gegeven moment kwamen we geen stap meer verder, dus ik besloot terug te gaan en hem te dragen totdat we weer op een plek zouden komen ,waar gewoon betonnen stoeptegels lagen. Maar dat viel niet mee. Gisteren had mijn schouder al een behoorlijke knauw gehad omdat ik uitgleed, en ik mij gelukkig net nog ergens aan vast kon grijpen. Maar ja daar was mijn arm/schouder niet zo blij mee, en zeker niet met dat stukje Ulli dragen, wat al snel behoorlijk pijnlijk werd. Dus ik was ook blij dat we op een gegeven moment weer op stoeptegels stonden, en ik weer even kon bijkomen. Vlakbij kwamen in een tuin opeens een groepje Sijsjes op pindanetjes en vetbollen af , dus ik kon mooi even wat plaatjes schieten. Terwijl ik door de lens keek stoven ineens de Sijjes weg, en mijn verwachting was dat mijn stalker, de Sperwer, weer een poging deed om aan de kost te komen. De laatste week is mij het al 3x overkomen dat terwijl ik een foto wilde maken van een vogel (Merel, Turkse Tortel, en Huismus) mijn fotomodel zich nog maar ternauwernood kon redden, omdat er altijd vanuit het niets, achter mij vandaan, een Sperwer de aanval opent. Tot nu toe nog zonder resultaat, maar mij en mijn model in grote verbazing achterlaat. Vanmorgen toen de Sijsjes uiteenstoven, bleek er een andere vogel in aantocht te zijn, en die had het alleen maar voorzien op het pindanetje. Die vogel was een prachtige mannetjes Keep – Fringilla montifringilla, die net als de Sijsjes tot de familie van de Vinken – Fringillidae behoort, maar dan iets groter dan een Vink. Kepen zijn wintergasten , en komen uit ScandinaviĆ«, en Rusland. Heel af en toe zijn er vogels waargenomen die in Nederland broeden. In de winter verblijven ze met grote aantallen in Nederland, vaak worden ze dan samen gezien met Vinken, maar ik zie ze bijna nooit in de wijk waar ik woon. Dus ik was er blij mee, ook al waren mijn vingers door de kou intussen enorm pijnlijk. Vorige week al een prachtweek wat vogels betreft, en deze week ……….beter had deze week niet kunnen beginnen.
Keep – Fringilla montifringilla

vrijdag 8 maart 2013

Een belletje horen rinkelen.

Vanmiddag richting Apeldoorn vertrokken. Er werden in de wijk de Maten Pestvogels gemeld, en het bleek zelfs een groepje van 8 te zijn. Ik heb gelukkig al een paar maal het genoegen gehad om een Pestvogel-Bombycilla garrulus, in 2010 in Eerbeek, in het echt te mogen zien, maar nog nooit een groep. Dus snel even op Waarneming.nl gekeken, en daar werden de vogels vanmorgen om 8.30u nog gemeld, en de plek was ook keurig netjes aangegeven. Apeldoorn is vanuit Eerbeek niet zover, dus we waren er dan ook binnen no time. Op de beschreven plek aangekomen, was er natuurlijk geen Pestvogel te bekennen. Ik hoorde ook nergens het geluid van rinkelende belletjes, want daar lijkt het geluid van de vogels nog het meest op. Maar na ongeveer een kwartier landde er ineens een vogel vlakbij in een boom, en in een mum van tijd kwamen er nog zeven vogels bij. Ze waren het; de Pestvogels. Heel voorzichtig wat foto’s gemaakt, maar het viel me op dat ze tamelijk onrustig waren.
Pestvogel – Bombycilla garrulus

Even later werd mij ook duidelijk waarom, want er kwam een prachtige kat te voorschijn , die totaal niet in de gaten had dat zij voor die onrust zorgde. Maar helaas ging de hele groep er van door. Een klein half uurtje later kwamen ze weer terug. 2 vogels bleven in een boom verderop zitten, maar 6 vogels landen in de Lijsterbes voor mij, terwijl ik er toch behoorlijk dichtbij stond op dat moment. Het was echt geweldig, de vogels trokken zich helemaal niets van mij aan. Op het moment dat ik besloot om weer richting auto te gaan, kwamen er ineens meer mensen met een camera richting de vogels. Ik had niet verwacht dat ik deze winter nog een Pestvogel zou zien, sterker nog, ik had het voorjaar al helmaal in mijn hoofd, zeker nadat ik vanmorgen de Zanglijster al weer had horen zingen. Toch blij dat deze wintergasten,uit de landen in Scandinavie en Rusland( want dat zijn Pestvogels, de aantallen wisselen per winter, soms met velen, soms maar een paar)nog heel even in Nederland zijn gebleven.

woensdag 6 maart 2013

Monitoren

Voor het monitoren van Amfibieen op de Reeƫnberg in Loenen heeft zich gelukkig een plaatsvervanger gemeld. Ik kan het denk ik met een gerust hart overlaten aan Sabine. Sabine heel veel succes ! [showmap name='Loenen_Reenberg']

Monitoren

Voor het monitoren van Amfibieen op de Reeƫnberg in Loenen heeft zich gelukkig een plaatsvervanger gemeld. Ik kan het denk ik met een gerust hart overlaten aan Sabine.
Sabine heel veel succes !

dinsdag 5 maart 2013

De Kraanvogel (Grus grus ) toegift

Wat er ook gebeurd, wij gaan lopen zo kondigde Geert een paar dagen terug al aan. Vandaag zou het mooi weer worden, dus de planning was om een flink eind te gaan lopen. En zowaar het lukt ,en zowaar kwam er kwam helemaal niets tussen. Geert had een mooie route uitgestippeld, en zo kon het gebeuren dat we om 10.00u op de heide liepen bij Hoog Buurlo. Echt het mooiste wandelweer van de wereld.
Hoog Buurlosche Heide

Overal klonk al het gezang van de Veldleeuwerikken. Af en toe komen ze even van de grond af en vliegen al zingend rechtstreeks omhoog. Tot 2 maal toe kwamen er zelfs een paar Kolganzen overgevlogen, en een Buizerd. Voor ons was de lucht stralend blauw maar achter ons was het wat heiig. Toen we al een eind de heide op waren, probeerde ik om een Veldleeuwerik op de foto te krijgen, maar lukte jammer genoeg niet. En ineens zie achter ons 2 V vormen aankomen , over de bosrand heen, en ik weet gelijk dat dit geen Ganzen zijn. Even later zijn de vogels ook te horen, en ik maak Geert er op attent, dat het Kraanvogels zijn. Snel foto’s gemaakt , en toen de filmstand op de camera aangezet. En het ongelooflijke gebeurde ze kwamen onze kant op en zochten bijna boven ons hoofd een thermiekbel op , en dat gaf mij weer de kans nog een paar foto’s te maken. Daarna alleen nog maar gekeken naar die prachtige voorstelling, van prachtige vogels die steeds maar hoger en hoger in de lucht kwamen,eerst kris kras door elkaar heen, en opeens weer in een keurige V vorm weer verder vlogen, richting het Noord Oosten, waarschijnlijk op weg naar de landen in ScandinaviĆ«. De Kraanvogel is in Nederland een doortrekker. De najaarstrek is meestal eind oktober, begin november. Van de najaarstrek is vooral veel te merken in de oostelijke helft Nederland. Vogels uit ScandinaviĆ« en Oost-Europa blijven dan vaak een tijdje in Duitsland. Hierna vervolgen ze hun weg naar de overwinteringsgebieden die voornamelijk in Spanje liggen. De voorjaarstrek is meestal rond eind februari, begin maart. De trek richting het noorden vindt meer verspreid over het land plaats: er zijn in het voorjaar ook meldingen uit het westen van Nederland. En vandaag hadden Geert en ik dat geluk, om van dit prachtig schouwspel getuige te zijn .
Kraanvogel – Grus grus

Dit was de derde keer dat ik deze zeldzame vogels heb gezien, maar vooral ook gehoord. Het lijkt op een soort van getrompetter het geluid wat ze voortbrengen. De dag was al fantastich en na dit schouwspel helemaal. Een heel eind verderop kwamen we bij telpost De Braamberg een lid van het Apeldoorns VogelNet tegen. Hij stond er al enkele uurtjes, en had zelfs al verschillende groepen waargenomen. Ook hij was nog helemaal enthousiast over het gebeuren. So wie so leuk om eindelijk eens iemand ontmoet te hebben van Apeldoorns VogelNet. Ik ben zelf al een tijdje lid van het AVN forum op Facebook, maar tot nu toe nog nooit iemand in het echt gesproken. So wie so leuk om eindelijk eens iemand ontmoet te hebben van Apeldoorns VogelNet. Ik ben zelf al een tijdje lid van het AVN forum op Facebook, maar tot nu toe nog nooit iemand in het echt gesproken. De rest van de dag hebben we heerlijk in een prachtig gebied gewandeld, en op een gegeven moment was het zelfs zo warm dat we in ons T shirt liepen, voor Ulli bijna al weer te warm. Een prachtige dag die we mede door dat prachtige schouwspel van de Kraanvogels niet snel zullen vergeten.

maandag 4 maart 2013

Zonnestraaltjes

Vanmorgen was het gelijk anders wakker worden, licht in de kamer. Eindelijk de zon, en gelijk ziet alles er anders uit. Heel stilletjes hoop ik dat ik met het uitlaten van Ulli de hond, de groep Sijsjes weer tegen kom. Ze zijn er het hele weekend al, in de wijk waar ik woon. Natuurlijk al verschillende foto’s gemaakt, maar ja als je een foto kunt maken van een Sijs met zonlicht, dat zou natuurlijk geweldig zijn. En dat geluk had ik vanmorgen. Al van verre hoorde ik vanuit een boom een heel gekwetter, een groep van zeker 17 Sijsjes (Carduelis spinus) , in gezelschap van enkele Groenlingen (Carduelis chloris). Altijd weer verbaas ik mij er weer over hoe mooi deze vogels zijn, ze zouden zo uit de tropen kunnen komen. Het zijn wat mij betreft echte zonnestraaltjes, mooi om te zien en het is heerlijk om hun gezang en gekwetter aan te horen. Ze hebben ook heel veel van een Kanarie weg, en dat is ook niet zo verwonderlijk, want ze behoren allemaal tot de familie van de Vinken (Fringillidae), net als ook de Groenling. Tijdens onze vakantie, in Oberaula (Duitsland) zag ik een paar maal de Europese Kanarie (Serinus serinus) die heel veel lijkt op de Sijs, maar wat gelijk opvalt (als je beter kijkt) is het verschil in de snavel vorm. De Sijs heeft toch wel een behoorlijk spits redelijk groot snaveltje, terwijl de Europese kanarie een heel bescheiden snaveltje heeft. De Europese kanarie is in Nederland nog steeds een zeldzame verschijning , en ik hoop dan ook dat ik ooit nog een keer dat geluk heb. Maar dat maakt allemaal niet uit , ik was al lang blij met deze groep Sijsjes, die waarschijnlijk helemaal ergens uit Noord of Oost Europa is gekomen om hier te overwinteren, en anders dan voorgaande jaren, duurde het deze winter wel erg lang voordat ik in de wijk waar ik woon een Sijs kon ontdekken. 

Europese Kanarie – Serinus serinus

Sijs - Carduelis spinus